Vlaams Woordenboek logo

Het Vlaams woordenboek


Index

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Log in

Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

Uw gebruikersnaam
Uw geheime paswoord

  • Log in
  • Wijzigingen door Georges Grootjans

    rokerskot
    (zn. o.; ~en of ~ten)

    afgesloten ruimte waar gerookt kan/mag worden

    dikwijls gelijk aan een doempkot

    variant: rokerkot, smoorderskot, smoorkot

    zie kot

    Naar buiten of naar een rokerskot met afzuigsysteem. (demorgen.be)

    Heb vandaag heel de dag in een (vroeger) rokerskot moete werke mure allemaal proper moete make tot alle nicotine er uit is.(fundalize.com)

    Ik herinner me nog, de aangename pauze-minuten in het ’rokerskot waar iedereen de nodige verhalen én …moppen te vertellen had.(bloggen.be)

    Op lange termijn zou je met de andere collega’s kunnen ijveren om er een rookvrije school van te maken, gezien een rokerkot niet mogelijk is.(9maand.be)

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door Georges Grootjans op 06 Feb 2020 12:21
    0 reactie(s)

    smoren
    (ww. smoorde, gesmoord)

    roken

    in die betekenis op bepaalde plaatsen aan het verouderen, bij jongere generaties heet het vaak ‘smoren’ voor wietroken en ‘roken’ voor het roken van sigaretten.

    Zie ook smoor, opsmoren, smoorder, smoorkot

    Frank doet megawazig als hij smoort.

    “V. zat op een stoel aan den voorgevel zijn pijp te smoren,” – uit ‘Van twee Koningskinderen’, Omer Wattez, 1896

    > andere betekenissen van smoren

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door Georges Grootjans op 06 Feb 2020 12:21
    4 reactie(s)

    smoorkot
    (zn. o.; of ten)

    rokershok, rokerskot

    zie lijst koterij

    zie ook smoren

    Vroeger mochten de pastoors in de pastorij niet roken, daarom stond het smoorkot in de hof van de pastorij. (westhoekverbeeldt.be)

    “Ik herinner mij ook de vele gesprekken over alles in het smoorkot.” (hln.be)

    Dat ‘consulaat’ deed uiteindelijk nog een jaar of tien dienst als het ‘smoorkot’ van Think Media, het mediabedrijf van Maurice De Velder, dat … (gva.be)

    JeanPierre Laporte knikt: “Het café is te klein voor een smoorkot, tenzij ik de biljarttafel of de speelkasten wegdoe." (gva.be)

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door Georges Grootjans op 06 Feb 2020 12:20
    0 reactie(s)

    koterij
    (verzamellemma)

    De Vlaming is, zacht uitgedrukt, erg gesteld op zijn koterij in de bouwkunde, maar even goed in de taalkunde. In dit lemma bewaren we een overzicht van een hele rist koten – ‘koterij’ is hiervan het collectief meervoud. In se is elke afgesloten ruimte kleiner dan een volwaardige woonst een kot (hoewel het woord ‘kot’ ook als koosnaam voor een huis kan aangewend worden), waardoor er constant nieuwe samenstellingen kunnen ontstaan. Naast deze samenstellingen bestaan er ook ettelijke typische uitdrukkingen die rond een of ander ‘kot’ draaien.

    Samenstellingen:

    apenkot
    ballenkot
    bergkot
    bezemkot
    buskotje
    doempkot
    druppelkot
    duivenkot
    fietsenkot
    frietkot
    fritkot
    hoerenkot
    hondenkot
    houtkot
    hullekot
    jeneverkot
    kattenkot
    kiekenkot
    koffiekot
    kolenkot
    koolkot
    platen kot
    rokerskot
    rommelkot
    smoorkot
    stemkotje
    studentenkot
    telefoonkot
    tuinkot
    vogelkot
    vogelkotje
    waskot
    wc-kot
    zottekot
    zwienekot
    zwijnenkot

    Studentenjargon:

    kotstudent
    kotbaas, kotmadam
    kotbaasbedrijf
    kotencomplex
    kotreglement
    kotleven
    koteten en daarmee ook kotkilo’s
    kotlabel
    kotbelasting/kottaks
    boerenkot
    luxekot

    Uitdrukkingen:

    kot, het ~ afbreken
    dansen, mijn kot staat te ~
    kot houden
    kot, iemand uit zijn ~ lokken
    kot, uit z’n ~ komen
    kot, op ~ gaan, vervolgens kot, op ~ zitten
    kot, het ~ vrij hebben / kot, het ~ voor zich (alleen) hebben
    kot, het ~ in brand steken
    kot, het ~ is te klein
    kot, eerst een ~ en dan een varken
    Regionaal beperktere uitdrukkingen:
    kot, iemand naar zijn ~ rijden
    kot, er zijn ~ in hebben
    kot, daar hebt ge het ~
    sterven op het kot
    kotje, in een ~ zitten
    vogelkotje, tegen het ~ gelopen

    zie ook kot, -erij

    > andere betekenissen van koterij

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door Georges Grootjans op 06 Feb 2020 12:17
    1 reactie(s)

    bergkot
    (zn. o.; ~en of ~ten)

    berghok, berging

    zie ook lijst bij koterij

    Op het gelijkvloers is een bergruimte van waaruit je naar de koer/tuin kunt, waar nog een bergkot is. (zimmo.be)

    In het bergkot staat mijn Telenet router, in de kamer een TP-Link Archer C7 en in de living een ASUS RT-AC88U. (netweters.be)

    De buitendeuren van de jongens-wc, de toog en het bergkot zijn langs beide kanten ontdaan van plakkers, geschuurd en gekuist. (farmavub.be)

    Misschien vreemd om stil te staan bij een ‘bergkot’ voor het werkgerei van grafdelvers en de onderhoudsploeg van het kerkhof. (randkrant.be)

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door Georges Grootjans op 06 Feb 2020 10:39
    0 reactie(s)

    Nieuwe versie!
    Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze GitHub.

    Het Vlaams woordenboek  |  Concept en realisatie door Anthony Liekens

    Creative Commons License

    Het Vlaams Woordenboek by Anthony Liekens is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike 4.0 International License.