Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
neologisme tijdens de coronacrisis van 2020: een flexibele bubbel als alternatief voor de bubbel van vijf waarbij men zelf de grootte van de bubbel kan kiezen met een maximum richtgetal (bv. 10)
Drie op de vier Vlamingen willen zich wel degelijk houden aan sociale beperkingen, mits de bubbel van vijf volgende week een ‘flexbubbel van tien’ wordt, waarbij we zelf het aantal personen kunnen kiezen. (gva.be)
“Met deze flexbubbel leeft de hoop dat we het onder controle kunnen houden”, zegt motivatiepsycholoog Maarten Vansteenkiste. (facebook)
neologisme tijdens de coronacrisis van 2020: door deskundigen voorgesteld principe waarbij afgestapt wordt van de bubbel van vijf en een meer flexibel te besteden ‘budget’ van contacten gehanteerd wordt
zie ook flexbubbel
Bij contactbudget geeft ieder zijn budget op zijn manier uit, maar we zorgen er toch voor dat er een bepaalde grens is. Zodat iedereen weet dat wanneer je elke dag 10 mensen ziet, dat je dan je budget overschrijdt. Dus over een periode van bijvoorbeeld twee weken kan je een aantal mensen zien, heb je een aantal contacten, en dan is je budget overschreden." (vrt.be)
Ook de bubbel van vijf lijkt aan vervanging toe: expertengroep Celeval bekijkt het ‘contactbudget’, een nieuwe manier om sociale contacten te beperken. (nieuwsblad.be)
Na de bubbel, het contactbudget? (hln.be)
Gerda: Jean uw contactbudget is weer op.
Jean: Hoe kan dat nu? Ik heb enkel maar een pint aan de Paul en aan de Seppe getrakteerd. Aan die andere 20 man van ons tafel heb ik niks gegeven.
een woord, uitdrukking, zinsconstructie, grammaticaal fenomeen, … in een door een Vlaamstalige geschreven/gesproken Nederlandse tekst, dat voor eender welke Vlaamstalige de normaalste zaak van de wereld is, maar niet tot het ABN behoort
wordt dikwijls denigrerend gebruikt, vgl. ook belgicisme
synoniemen: vlamisme, flamisme, flamanisme, flamandisme
ik had al zo’n vermoeden dat het een vlaamsisme was; die botsen vaak met mijn taalgevoel. Uiteraard mag jij zo Vlaams schrijven als je wilt, maar als je een Italiaan pizza serveert, zal je hem ook niet kwalijk nemen dat hij denkt dat die van zijn mama beter is, al is de jouwe nog zo goed. (schrijvenonline.org)
De uitgever heeft een behoorlijk gevoel voor wat algemeen nederlands is en geeft uit ‘Ernest Staas’ (dat deeltje hebben we er wat nauwkeuriger op na gelezen) menig flamanisme in zuiver nederlands weer. Een enkele maal schrijft hij zelf nog wel een vlaams getint woord, bijv.: aan billijke prijs, een vinnig oog, op den boord van het graf. Ook gebruikt hij meer aan ’t frans ontleende woorden dan de meeste van zijn landgenoten zullen goedkeuren: interessant, peroreren, meditatie; maar zijn taalgevoel is zuiver. (dbnl.org)
- Prachtig voorbeeld van de productiviteit van het Nederlands. Indien het een vlamisme is, vormt het weer eens een aanwinst vanuit het zuiden.
- Niks aanwinst. De gebruikelijke term is “gezenderd”. (nl.taal.narkive.com)
Volgens Van Dale is snuisteren een vlamisme. Nederlanders zeggen er ‘snuffelen’ tegen (dewitteraaf.be)
De veronderstelling van Verwijs, dat we hier te doen hebben met een ‘Flamandisme’, misschien wel met een ‘West-Flamandisme’ is juist gebleken. (dbnl.org)
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.