Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
kaal
ook: afgesleten (bv. banden)
zie ook kletsenbol; kletskop
Al zijn haar ging er af. Hij heeft zijn eigen laten klets scheren. Nu is m kletskop en draagt m een vleesklak.
De banden van zijn velo zijn zo klets als wat.
> andere betekenis van klets
overschot, rest, meestal van vloeistof
een kleine hoeveelheid
vnw: kleine hoeveelheid van iets, restje, kliekje
zie ook klakske, klad, klas, lek, klad, klets, en een ~
Moet er iemand dat laatste kletske wijn nog hebben?
> andere betekenis van klets
slag, tik met platte hand
vnw: klap, mep, slag met de vlakke hand
vgl: klets op de poep
Als ge stout zijt krijgt ge een klets op de poep.
Stop met bleiten of ge krijgt er nog een klets bij!
> andere betekenis van klets
Typisch Vlaams: kanjer, uitschieter: Belgisch-Nederlandse Standaardtaal; Gangbaarheid: 6; Vlaamsheid: 5
vnw:
•kei, uitblinker, knappe kerel, die veel kan of presteert
•kanjer (van personen en van voorwerpen)
groot exemplaar: “klepper van formaat”
< overgewaaid van Vlaanderen naar Nederland, waarschijnlijk via de sport
Woordenboek der Nederlandsche Taal: klepper
znw. m. Naam voor iemand (of iets) bijzonders, buitengewoons in zijn soort. Alleen in Vlaamsch België.
?1. Eigenlijk. Persoonsnaam. Iemand (man of jongen) die meer doet, of kan, durft, waagt, dan een ander, dan (de) anderen: een baas, bol, kerel, in goeden en in afkeurenden zin. Met een gebruikelijke versterking: een felle klepper.
Klepper, … kerel of een die groot is in zijne soort, Schuermans (1865-1870).
Bilderdijk en Vondel zijn felle kleppers van poëten, Schuermans (1865-1870)
Klepper. … Buitengewone jongen, iemand die zich onderscheidt door geleerdheid, verstand, bekwaamheid, stoutmoedigheid, deugnietenstreken, enz., Cornelissen-Vervliet.
Klepper, een die er dwars doorgaat, die stoute stukken waagt en ze moedig uitvoert, Loquela (Wdb.) (1907).
De heer D. … moet een felle en onbeschaamde klepper zijn, om zoo iets te durven eischen, Het Volksbelang v. 8 Juli 1899.
?2. In toepassing op zaken. Iets dat groot is in zijn soort: een bom, bommel, bommerd, bonkerd, kokkerd.
Da’ zijn kleppers van pataten! Ziet is wa’ klepper van ’nen appel! Cornelissen-Vervliet.
Artikel gepubliceerd in 1933.
Van Dale 2016
iem. die of iets dat buitengewoon is in zijn soort
= kanjer
• dat zijn kleppers van appelen, van peren
• een klepper van formaat
Die klepper van 600 bladzijden krijg ik tegen morgen echt niet meer uitgelezen.
> andere betekenis van klepper
een (heel) groot exemplaar, iets of iemand met reputatie
zie klepper
De stuntman van Rick Dalton wordt vertolkt door klepper van formaat Brad Pitt. (vrt.be)
Met een jaar waar het Capitole werd bestormd, de drugsmaffia werd ontmaskerd en waar we meer dan ooit door hebben hoe essentieel kappers zijn, belooft ook deze conference een klepper van formaat te worden. (vrt.be)
Als nagerecht wacht met de Rijstpap geparfumeerd met bourbon vanille nog een regionale klepper van formaat. (bloggen.be)
Onze grootste geschenkmand, absoluut een klepper van formaat! (pipoappelsappen.be)
Net zoals “Een klein leven”, is ook “Naar het paradijs” opnieuw een klepper van formaat. Het boek telt 672 pagina’s (radio1.be)
Geen slang dus, maar met een lengte tot zo’n 8 centimeter is ze wel een klepper van formaat. (onzenatuur.be)
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.