Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
WNT:
http://gtb.inl.nl/iWDB/search?actie=article&wdb=WNT&id=M008536
zie WNT:
http://gtb.inl.nl/iWDB/search?actie=article&wdb=WNT&id=M090332
Zie WNT:
http://gtb.inl.nl/iWDB/search?actie=article&wdb=WNT&id=M019083
generen/genaren:
Zoo wordt zich generen in ’t Westvlaamsch gezegd voor:
?1°. IJverig bezig zijn, zich bevlijtigen, zijn best doen (om zich er door te redden).
Zich generen om door de wereld te geraken. Met zich genoeg te generen, geraakt hij aan den kost, DE BO 357 (1873).
?2°. Zich kunnen schikken in een nieuwen toestand, er aan gewend raken.
De dienstbode geneert zich niet bij dien meester. Ik begin mij te generen in mijn nieuw huis, DE BO 357 (1873) : verg. SCHUERM. 147 (1865-1870).
Alles over kaantjes in het WNT:
http://gtb.inl.nl/iWDB/search?actie=article_content&wdb=WNT&id=M029256
Er blijkt wel een W-VL betekenis te zijn:
Volgens eene aanteekening van G. GEZELLE wordt een kaantje, b.v. te Brugge, wel gebezigd voor: eene groote hoeveelheid, veel. Misschien eene ironische toepassing van de bet. onder ?) vermeld?
Der was alzoo ’en kaantje volk: vele volk. ’k Hee der al ’en kaantje aan gewrocht: vele aan gewrocht. poëem WNT
Hocus pocus en ’t staat erin. Uwen tip klopt, Bon.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.