Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
bestuurder
vnw: in België ook: automobilist en niet alleen iemand die voor zijn beroep met de auto rijdt
< Frans: chauffeur, professionele bestuurder van een wagen of een vrachtwagen
zie ook wegcode
De chauffeur van de wagen werd door de knal uit de wagen geslingerd, terwijl de passagier zonder een schrammetje uit de wagen kon stappen.
parlementariër, parlementslid
vnw: parlementariër, parlementslid, Kamerlid, volksvertegenwoordiger
parlementair is standaardtaal in België
De parlementairen zullen het dossier in een onderzoekscommissie behandelen.
" België is een land waar meer parlementairen zijn dan bomen. (standaardtaal in België)" Taaladvies.net
mouwloos, aan de hals uitgesneden, aansluitend hemd dat wordt gedragen als onderlijfke of als T-shirt
< Frans: le marcel.
De naam is ontstaan in de 19de eeuw wanneer de “Etablissements Marcel” het kledingstuk in serie fabriceerden.
Bron: Wikipedia Frans: débardeur
Van Dale 2015 online: Belgisch-Nederlands, spreektaal.
Nederland: singlet
zie synoniemen bij onderlijfke
zie ook verzamellemma kledij
Onder mijne pull heb ik altijd een marcelleke aan.
‘Wie loopt bij deze hitte dan niet in een marcelleke’ (demorgen.be – H.Camps)
In “marcelleke” of bikini op zeedijk Knokke-Heist? U riskeert een boete van 250 euro (vrt.be)
1. losbol, lichtjes op zijn kop gevallen niet ernstig te nemen persoon
2. kwibus, kwiet, kwiebel, kwieten
soms ook bistenkwiebel
Woordenboek der Nederlandsche Taal: kwistenbijbel
Uit Westvlaams kwiste `ruzie’ en bijbel (?): (West-Vlaanderen) Ruziezoeker.
Van de Vyvere bekeek hem eens, als wou hij zeggen: ”Hela, kwistenbiebel, braaf zijn, hein! Of anders …” En De Jaegere was braaf, en bij de naamafroeping stemde hij, de eerste van de heele kamer: Jaaa! De West-Vlaming 6 Dec. 1930
1. Zie die kwistenbiebel daar nu eens bezig! Hij is bezig de straat proper te maken met handborstel en vuilblik.
2. Hela kwistenbiebel, ge houdt het schilderij op zijne kop!
Typisch Vlaams: ik kom subiet: ik kom nadat ik heb afgemaakt waar ik mee bezig ben: Belgisch-Nederlandse Standaardtaal
andere betekenis in Van Dale: subiet: meteen, onmiddellijk
< Frans: subit(e) > latijn subitus: onverwacht
Ge moet het nu direct doen, niet subiet.
Zou je niet vertrekken, subiet ben je weer te laat.
“Aarzel niet om nu, niet seffens, niet direkt, niet subiet, niet weldra, maar nu, maintenant, tout de suite, heute nog … je kaartjes te bestellen voor …” (curieus.be 18 jul. 2018)
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.