Vlaams Woordenboek logo

Het Vlaams woordenboek


Index

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Log in

Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

Uw gebruikersnaam
Uw geheime paswoord

  • Log in
  • Wijzigingen door petrik

    kwint, een ~ kwijt zijn
    (uitdr.)

    ze niet alle vijf hebben, een slag van de molen hebben, van lotje getikt zijn

    Een zielig vrouwtje, dat blijkbaar een ‘kwint kwijt’ was, bleef maar Engels tegen ons praten.
    Een politicus die van bij communisten naar ordoliberalen overstapt, is een kwint kwijt.
    Dr. Kwintkwijt, de directeur van de psychiatrische kliniek, is een woordspeling op de uitdrukking “een kwint kwijt zijn” (gek zijn).

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door petrik op 20 Jul 2012 16:08
    7 reactie(s)

    kwint
    (de ~ (v.), ~en)

    (van vee gezegd) tweeslachtig dier, ongeschikt voor de voortplanting

    vgl. kween
    Fr. quinte = gril (van de natuur) (?)

    Ich gon m’n koe verkopen. Ze het mich wier een kwint gekalf.

    Regio Haspengouw
    Bewerking door petrik op 20 Jul 2012 16:03
    0 reactie(s)

    zemelenknoper
    (de ~ (m), ~s)

    traag en weinig kordaat persoon, treuzelaar, keutelaar

    Wo ne ziëmelekneeper! Ich kraajg êrmzin tevan! (Wat een beuzelaar, het werkt op mijn zenuwen)

    Regio Haspengouw
    Bewerking door petrik op 20 Jul 2012 15:36
    0 reactie(s)

    man
    (de ~ (m.), ~(mv.onv.)/men/~der/~s/~nen)

    Is natuurlijk AN, maar enkele Limburgse eigenaardigheden mogen hier m.i. niet onvermeld blijven:

    - man! man! = jongens toch! (vgl. Dts. Mann! Mann!) – zegt men dit elders ook?
    - joot mijne man! (of liever: m’ne maaaan) = welzeker, mijn waarde (heer)! (als gemeenzame aanspreking)
    - het rijke meervoud: enkele Limburgse dialecten kennen niet minder dan 5 (vijf!) meervouden voor dit woord:

    De manne (alg., tgo. de vrouwen)
    De mander (id., maar de oude vorm – vgl. Dts. Männer)
    De mans (de mannen binnen een familie of groep)
    Twintig man (= mensen)
    Lee mên (= lelijke individu’s, vieze mannen – dus pejoratieve betekenis, enigszins verouderd)

    Regio Haspengouw
    Bewerking door petrik op 19 Jul 2012 20:45
    1 reactie(s)

    man
    (de ~ (m.), ~(mv.onv.)/men/~der/~s/~nen)

    Is natuurlijk AN, maar enkele Limburgse eigenaardigheden mogen hier m.i. niet onvermeld blijven:

    - man! man! = jongens toch! (vgl. Dts. Mann! Mann!) – zegt men dit elders ook?
    - het rijke meervoud: enkele Limburgse dialecten kennen niet minder dan 5 (vijf!) meervouden voor dit woord:

    De manne (alg., tgo. de vrouwen)
    De mander (id., maar de oude vorm – vgl. Dts. Männer)
    De mans (de mannen binnen een familie of groep)
    Twintig man (= mensen)
    Lee mên (= lelijke individu’s, vieze mannen – dus pejoratieve betekenis, enigszins verouderd)

    Regio Haspengouw
    Bewerking door petrik op 19 Jul 2012 20:39
    1 reactie(s)

    Nieuwe versie!
    Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze GitHub.

    Het Vlaams woordenboek  |  Concept en realisatie door Anthony Liekens

    Creative Commons License

    Het Vlaams Woordenboek by Anthony Liekens is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike 4.0 International License.