Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
een lange slanke persoon
NL: bonestaak
Tillefonstoake (telefoonpaal) werd nog al eens gezegd van iemand die groot en daarbij nog mager was.
druk en altijd bezig kind, bezige bij.
Woordenboek der Nederlandsche Taal bij sperwaan:
SPERREWAAN, SPOREWAAN, SPORREWAAN — Een gedissimileerde vorm naast Middelnederlands sperware. Nog gewestelijk in
1. Sperwer.
Sperwaen, sporwaen. Fland. j. sperwer, Kiliaan
2. Bewegelijk kind.
Welk een rap sporrewaan is dat! De Bo (1873)
Dat kind is een echte sporrewaon, als ge hem stil in een hoekje ziet zitten, is hij ziek.
in West-Vlaanderen wordt ‘die’ dikwijls als betrekkelijk voornaamwoord gebruikt voor alle drie de woordgeslachten, ‘dat’ (eigenlijk da) wordt voor onzijdige woorden enkel als aanwijzend voornaamwoord gebruikt
merk op dat dit hoegenaamd niets verandert aan de woordgeslachten zelf: men heeft het dan wel over (o.a.) “een meisje die brost voor de bossen”, maar men zal nimmer “die meisje” zeggen, het blijft “da meisje” (de hit “Waar is de meisje?” niettegenstaande)
in de rest van Vlaanderen en bijgevolg het Algemeen Vlaams treedt het omgekeerde fenomeen op, daar is ‘dat’ het betrekkelijk voornaamwoord voor alle drie de geslachten, maar ook daar verandert dit niets aan de geslachten zelf en blijft het “den tv da” en nooit “het tv da”
Da’s e koddig bootje die daar op zee vaart.
in Vlaanderen wordt ‘dat’ (eigenlijk da) als betrekkelijk voornaamwoord gebruikt voor alle drie de woordgeslachten, ‘die’ (en dienen/diejen) wordt voor mannelijke en vrouwelijke woorden enkel als aanwijzend voornaamwoord gebruikt
merk op dat dit hoegenaamd niets verandert aan de woordgeslachten zelf: men heeft het dan wel over (o.a.) “een overheid da nie marcheert”, maar men zal nimmer “dat overheid” zeggen, het blijft “die overheid”
in West-Vlaanderen en bijgevolg het West-Vlaams treedt het omgekeerde fenomeen op, daar is ‘die’ dikwijls het betrekkelijk voornaamwoord voor alle drie de geslachten, maar ook daar verandert dit niets aan de geslachten zelf en blijft het “’t huis die” en nooit “de huis die”
Seg, diene jongen dat daar staat, is da nie ’t lief van dingske?
> andere betekenis van dat
de eind-t van het voornaamwoord “dat” vervalt in vrijwel alle Vlaamse dialecten
analoog aan wa, me, nie/ni, goe zorgt de verdwenen t (eigenlijk een d) toch nog voor stemverlies van de eerstvolgende medeklinker (behalve b)
zie ook volgende twee taalkaarten van Jan Stroop:
http://www.janstroop.nl/wp-content/uploads/2015/07/datPAUZEkaart_4.jpg
http://www.janstroop.nl/wp-content/uploads/2015/07/datVOCAALkaart_3.jpg
zie ook watte, wadde, datte, dadde
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.