Vlaams Woordenboek logo

Het Vlaams woordenboek


Index

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Log in

Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

Uw gebruikersnaam
Uw geheime paswoord

  • Log in
  • Wijzigingen door nthn

    skyperitief
    (znw. de/het ~ (m./o.), ~ven)

    zie skyperitieven

    -

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door nthn op 16 Apr 2020 18:12
    0 reactie(s)

    mensen
    (verzamellemma)

    De Vlaming gebruikt in zijn alledaags taalgebruik ontzettend veel woorden die in het Nederlands iets anders betekenen, dan wel sterk verouderd of zelfs geheel onbekend zijn. In dit lemma houden we ne lijst bij van alle algemeen Vlaamse woorden die gebruikt worden voor te verwijzen naar familieleden, en ‘soorten’ mensen in het algemeen (gelijk: man, vrouw, kind, e.d.m.). Aan de hand van deze lijst kan een student Vlaams de betekenis van deze woorden eenvoudig achterhalen, en aldus rap mee zijn in e gesprek met moedertaalsprekers. Naast deze algemeen gebruikte woorden bestaan er ook nog tal van dialectwoorden (waarmee we enkel bedoelen dat ze slechts in een beperkte regio gekend zijn), uit praktische overwegingen nemen we deze niet op in het lemma.

    algemeen:
    bibi
    bobon
    boeleke
    bruggepensioneerde
    gast
    jonk
    jagger
    jonggepensioneerde
    jonkheid
    jonkman
    kadee
    kapoen
    kerstenkind
    kinderken
    kinneke
    koppel
    madam
    manneke
    mee
    meiske
    pateeke
    pagadder
    patotter
    pee
    smanspersoon
    vent
    vrouwmens
    wijf

    familie:
    bobon
    bomma
    bompa
    doopmeter
    dooppeter
    echteling
    echtgescheiden
    koekoekskind
    kozijn
    lief
    madam
    meemama
    meeouder
    meme
    moedere
    nonkel
    nonkel pater
    pepe
    plusdochter
    plusgezin
    pluskind
    plusmama
    plusouder
    pluspapa
    pluszoon
    schoonbroer
    tant
    tante nonneke
    vadere
    vent
    wijf
    zuster

    -

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door nthn op 16 Apr 2020 17:37
    14 reactie(s)

    koekoekskind
    (zelfst. naamw. o. -eren)

    Onder koekoekskinderen verstaan juristen die kinderen die door een biologische vader of moeder in een ander gezin worden verwekt. (standaard.be 2008)

    Van Dale 2005: (gewestelijk) buitenechtelijk kind

    zie ook koekoeksgraad; verzamellemma mensen

    “In Vlaanderen bleek dat nogal mee te vallen: slechts 1 procent per generatie is een koekoekskind en dat cijfer is al 400 jaar stabiel.” (deredactie.be)

    In 1942 werd ze in België geboren als zogenaamd koekoekskind, haar vader was een Duitse soldaat bij de Wehrmacht. Haar moeder heeft de Belgische nationaliteit. (vrt.be)

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door nthn op 16 Apr 2020 17:36
    2 reactie(s)

    school, als het geen ~ is, is het kerk
    (uitdrukking)

    zie als het geen school is, is het kerk

    .

    Regio Antwerpse Kempen
    Bewerking door nthn op 16 Apr 2020 12:50
    0 reactie(s)

    koterij
    (verzamellemma)

    De Vlaming is, zacht uitgedrukt, erg gesteld op zijn koterij in de bouwkunde, maar even goed in de taalkunde. In dit lemma bewaren we een overzicht van een hele rist koten – ‘koterij’ is hiervan het collectief meervoud. In se is elke afgesloten ruimte kleiner dan een volwaardige woonst een kot (hoewel het woord ‘kot’ ook als koosnaam voor een huis kan aangewend worden), waardoor er constant nieuwe samenstellingen kunnen ontstaan. Naast deze samenstellingen bestaan er ook ettelijke typische uitdrukkingen die rond een of ander ‘kot’ draaien.

    Samenstellingen:

    apenkot
    ballenkot
    bergkot
    bergingskot
    bezemkot
    buskotje
    digikot
    doempkot
    drugskot
    druppelkot
    duivenkot
    fietsenkot
    frietkot
    fritkot
    hoerenkot
    hondenkot
    houtkot
    hullekot
    jeneverkot
    kattenkot
    kiekenkot
    koffiekot
    kolenkot
    koolkot
    kruipkot
    pandoerenkot
    paskot
    platen kot
    rattekot
    rokerskot
    rommelkot
    smoorkot
    smurfenkot
    stampkot
    stemkotje
    studentenkot
    telefoonkot
    tuinkot
    vogelkot
    vogelkotje
    waskot
    wc-kot
    werkkot
    wietkot
    zottekot
    zuipkot
    zwienekot
    zwijnenkot

    Studentenjargon:
    boerenkot
    kotstudent
    kotbaas, kotmadam
    kotbaasbedrijf
    kotencomplex
    kotfuif
    kotreglement
    kotleven
    koteten en daarmee ook kotkilo’s
    kotlabel
    kotbelasting/kottaks
    luxekot

    Uitdrukkingen:
    blijf in uw kot
    dansen, mijn kot staat te ~
    kot, eerst een ~ en dan een varken
    kot, het ~ afbreken
    kot, het ~ in brand steken
    kot, het ~ is te klein
    kot, het ~ voor zich (alleen) hebben
    kot, het ~ vrij hebben
    kot houden
    kot, iemand uit zijn ~ lokken
    kot, in zijn ~ blijven
    kot, op ~ gaan
    kot, op ~ zitten
    kot, uit z’n ~ komen

    Regionaal beperktere uitdrukkingen:
    Kotegem
    kot, daar hebt ge het ~
    kot, iemand naar zijn ~ rijden
    kot, er zijn ~ in hebben
    sterven op het kot
    kotje, in een ~ zitten
    vogelkotje, tegen het ~ gelopen

    zie ook kot, -erij

    > andere betekenissen van koterij

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door nthn op 16 Apr 2020 12:36
    1 reactie(s)

    Nieuwe versie!
    Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze GitHub.

    Het Vlaams woordenboek  |  Concept en realisatie door Anthony Liekens

    Creative Commons License

    Het Vlaams Woordenboek by Anthony Liekens is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike 4.0 International License.