Vlaams Woordenboek logo

Het Vlaams woordenboek


Index

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Log in

Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

Uw gebruikersnaam
Uw geheime paswoord

  • Log in
  • Wijzigingen door fansy

    jammer
    (bnw.)

    spijtig

    SN/NL: jammerlijk

    < vaak gebruikt in combinatie met zaak of toestand

    Het is natuurlijk een heel jammer voorval, maar we zijn vooral opgelucht dat niemand gewond raakte. (limburg-actueel.be)

    Dit is een jammer gegeven. Faillissementen zijn namelijk een van de belangrijkste indicatoren om de economische sterkte van een land of regio na te gaan. (senate.be)

    Op de persconferentie reageerde Wilmots op deze zaak en hij sloot ze ook meteen: Een jammere zaak voor België? Ja! (voetbalnieuws.be)

    Dit is een zeer jammere toestand voor de Belgische mountainbikesport. Blijkbaar willen ze de renners verplichten om aan bepaalde wedstrijden zoals de Benelux-cup deel te nemen. (moutainbike .be)

    Steven Vanackere stapt op na de ACW-affaire dat is een jammere zaak. (Hautekiet)

    Dat is inderdaad een heel jammere zaak! Alle winkels moesten open zijn. Kunt u ons zeggen welke filialen u bezocht hebt? (Shoe Discount)

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door fansy op 06 Jun 2018 02:30
    2 reactie(s)

    nurges
    (bw.)

    nergens

    Nurges koosj zie vinge wat zie verloare houw. (Nergens kon zij vinden wat zij verloren had.)

    Regio Maasland
    Bewerking door fansy op 06 Jun 2018 02:29
    0 reactie(s)

    boemlala
    (de ~, m zst. nw geen meerv.)

    De “boemlala” is in feite een geïmproviseerd slaginstrument en was al veel langer populair in cafés en op familiefeesten. Het apparaat bestond meestal uit een grote pollepel, een paar vaatdoeken en een deksel van een kookpot. De bespeler bindt de vaatdoek rond de knieën en steekt de pollepel erdoor, met de bolle kant naar zijn buik gericht. Nu wordt het doek met die pollepel een beetje opgewonden en het deksel wordt voor de buik gehouden. Als de “muzikant” door zijn knieën zakt en ze naar de buitenkant beweegt, dan slaat de pollepel “boem” tegen het deksel. Brengt hij de knieën terug bij mekaar dan gaat de pollepel van de “cymbaal” weg, klaar voor een volgende “boem”. (beschrijving www.wreed-en-plezant.be)

    Afbeelding zie hier

    Jef ge moet naar huis toe gaan a vrake die is ziek. (bis)
    Is ze ziek? Laat ze ziek, dat ze maar rap genezen is.
    En Jef ging niet naar huis,
    en Jef ging niet naar huis
    REFREIN:
    want, Jef speelde liever op den boemlala
    den boemlala den boemlala (2x)
    (De Kadullen: tekst zie hier, liedje zie hier)

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door fansy op 06 Jun 2018 02:27
    0 reactie(s)

    boemlala
    (de ~, m zst. nw geen meerv.)

    De “boemlala” is in feite een geïmproviseerd slaginstrument en was al veel langer populair in cafés en op familiefeesten. Het apparaat bestond meestal uit een grote pollepel, een paar vaatdoeken en een deksel van een kookpot. De bespeler bindt de vaatdoek rond de knieën en steekt de pollepel erdoor, met de bolle kant naar zijn buik gericht. Nu wordt het doek met die pollepel een beetje opgewonden en het deksel wordt voor de buik gehouden. Als de “muzikant” door zijn knieën zakt en ze naar de buitenkant beweegt, dan slaat de pollepel “boem” tegen het deksel. Brengt hij de knieën terug bij mekaar dan gaat de pollepel van de “cymbaal” weg, klaar voor een volgende “boem”. (beschrijving www.wreed-en-plezant.be)

    Jef ge moet naar huis toe gaan a vrake die is ziek. (bis)
    Is ze ziek? Laat ze ziek, dat ze maar rap genezen is.
    En Jef ging niet naar huis,
    en Jef ging niet naar huis
    REFREIN:
    want, Jef speelde liever op den boemlala
    den boemlala den boemlala (2x)
    (De Kadullen: tekst zie hier, liedje zie hier)

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door fansy op 06 Jun 2018 02:23
    0 reactie(s)

    boemlala
    (de ~, m zst. nw geen meerv.)

    De “boemlala” is in feite een geïmproviseerd slaginstrument en was al veel langer populair in cafés en op familiefeesten. Het apparaat bestond meestal uit een grote pollepel, een paar vaatdoeken en een deksel van een kookpot. De bespeler bindt de vaatdoek rond de knieën en steekt de pollepel erdoor, met de bolle kant naar zijn buik gericht. Nu wordt het doek met die pollepel een beetje opgewonden en het deksel wordt voor de buik gehouden. Als de “muzikant” door zijn knieën zakt en ze naar de buitenkant beweegt, dan slaat de pollepel “boem” tegen het deksel. Brengt hij de knieën terug bij mekaar dan gaat de pollepel van de “cymbaal” weg, klaar voor een volgende “boem”. (beschrijving www.wreed-en-plezant.be)

    Jef ge moet naar huis toe gaan a vrake die is ziek. (bis)
    Is ze ziek? Laat ze ziek, dat ze maar rap genezen is.
    En Jef ging niet naar huis,
    en Jef ging niet naar huis
    REFREIN:
    want, Jef speelde liever op den boemlala
    den boemlala den boemlala (2x)
    (De Kadullen: tekst zie hier
    liedje zie hier)

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door fansy op 06 Jun 2018 02:22
    0 reactie(s)

    Nieuwe versie!
    Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze GitHub.

    Het Vlaams woordenboek  |  Concept en realisatie door Anthony Liekens

    Creative Commons License

    Het Vlaams Woordenboek by Anthony Liekens is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike 4.0 International License.