Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
Opgedoft.
Kitscherig.
Met overdreven franje.
Potsierlijk.
Vroeger gebruikt in Antwerpen, nog ieveranst?
Zijn nief huis is wel groseel hè, ni?
Fineer
Die kast is niet van massief hout gemaakt maar belegd met goedkoop fineer.
Die kas is ni van massief hout gemokt mor belee me van da goejekoop “plakhout”
truttenlikker
SN: kuttelikkertje
Een klein miserabel schoothondje wordt in Antwerpen (waarschijnlijk ook elders) wel eens nen “truttelakker” genoemd.
Ik hoop da ze heuren “truttelakker” wer ni meebrengt want da beesje doe ne godgansen’dag niks dan blaffe.
ongeveer hetzelfde als de wet van Murphy
Voor dien ene keer dat ik mijne paraplu niet bijhad, is het beginnen regenen dat het goot! Dat zult ge altijd zien!
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.