Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
gaar, dronken, murw
andere spelling: meurrig, meureg, meurreg
zie ook: mérf
< murw
“Zet de patatten af, ze zijn mörg genoeg.” Corn.-Vervl. (WNT)
- Zijn de patatten al meureg?
- Toen ’m van ’t café kwam, was ’m meureg.
Na een paar keer bergop en bergaf met zijne velo was de Jean zo meurg als iet.
murw, gaar(gekookt); (van personen) bekaf
zie ook: meurg
De iërappel zin mérf (de aardappelen zijn gaar).
Ich bèn mérf (ik ben op, ik kan niet meer)
Een koeter is een domme, lompe, ongemanierde en niet al te propere jongeling. Het is dus vooral een scheldwoord en is zeer verwant aan mutten.
Waasch idioticon: koeter = koeier
In Van Dale: koeier
(gewestelijk)
1. koewachter
2. (figuurlijk) onbeschoft, dom persoon
WNT:
Vermoedelijk samenhangende met Koe, de vorming is echter onduidelijk.
- Knechtje dat op de koeien past en andere kleine werkzaamheden verricht. In een groot deel van Z.-Nederl. en in Zeeuwsch-Vlaand.
Hij (was) koeter geweest bij boer D., (v. overloop, in Vlaanderen 1, 317).
Gij zij ne grote koeter manneken en ’t wurdt huegen tijd da go leven betert.
Een koeter is een domme, lompe, ongemanierde en niet al te propere jongeling. Het is dus vooral een scheldwoord en is zeer verwant aan mutten.
Waasch idioticon: koeter = koeier
In Van Dale: koeier
(gewestelijk)
1. koewachter
2. (figuurlijk) onbeschoft, dom persoon
Gij zij ne grote koeter manneken en ’t wurdt huegen tijd da go leven betert.
zeer vermoeid, op het einde van de krachten.
zie ook: oep zijn, eind, aan het ~ zijn, bobijn, het ~ is af, zun bobbiene is of
Van dat namiddagje shoppen ben ik djakeloos gelopen.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.