Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
levensgenieter
vr. dagenmelkster
Ja, dat voelde ze, dat maakte haar zalig en dronken, en zij had thans op zijn borst willen rusten en in slaap vallen, gesust door de vrome, aandoenlijke muziek. “O, dagenmelker!” zuchtte ze van ongekenden wellust, en zij bleef staan en luisteren naar de doedelzakken, die vèr weg gonsden in den duistren lentenacht. (Pallieter, de dagenmelker)
Lier! Daar hangt het geluk als een druiventros en groeit de
vreugde tussen de straatstenen; daar wordt elkeen een dagenmelker! (K. Norel)
drukkend warm weer, zwoel, laf
VD online:
Belgisch-Nederlands, niet algemeen, van het weer, de atmosfeer
Het is doef weer vandaag, het zal allicht gaan onweren.
dikke knikker
zie ook: ket
ook in Steenhuffel, Merelbeke, Gent
Kempen: boemmeket
WNT:
Knikker, stuiter, in Vlaamsch België (de bo 1873; corn.-vervl.); door vluchtige uitspraak ontstaan uit bonket, bol(le)ket (zie BONKET, Dl. III, kol. 362).
Wilt ge die bolleket ni ruilen voor 5 marbels?
loon
Verdomme Lowie, kunt ge geen beter werk zoeken? Met dat daguurke van u gaan we niet ver springen, ze.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.