Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
naartoe, in de richting van, heen
ook: hene
Zij gaat naar een concert van den ene of den andere; zij gaat daar henne met 2 vriendinnen.
Waar wilt ge nu henne gaan, naar Kroatië of Bosnië?
Aan ’t rondpunt neemde de 2de straat en dan rijdt ge er zo henne.
Roodkapje waar gaat gij hene?
Zo alleen, zo alleen…
kleding: ’s zondags dinge, ’s wekendags dinge
zie ook: dingen
Ik leg ’s avonds altijd mijn dinge klaar voor als ik opsta.
1) zeg je bv. tegen iemand, wanneer je zijn/haar naam plots bent vergeten.
zie ook: dinges, dinge
2) kan evengoed betekenen: een klein iets, een prulletje, een stukje, enz…
1) Hela, dingske! Luister nen keer!
Dingske dink, euh…, hoe is uwe naam nu weer?
2) Raap ‘s da’ dingske op de grond op, a.u.b.
1) zeg je bv. tegen iemand, wanneer je zijn/haar naam plots bent vergeten.
2) kan evengoed betekenen: een klein iets, een prulletje, een stukje, enz…
1à Hela, dingske! Luister nen keer!
Dingske dink, euh…, hoe is uwe naam nu weer?
2) Raap ‘s da’ dingske op de grond op, a.u.b.
1. kleding: ’s zondags dinge, ’s wekendags dinge
zie ook: dingen
2. Dikwijls gebruikt wanneer je niet direct op de naam komt van iets. Meestal daarna volgt “euh…”
zie ook: dinges, dingske > Gans Vlaanderen
1. Ik leg ’s avonds altijd mijn dinge klaar voor als ik opsta.
2. Ge slaat daar rechts af, daar langs den dinge.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.