Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
lomperik, dommerik, een onhandig iemand
regio Lier
Gij se meuttekestist! Ge hebt die priezen (pries) scheef tegen de muur gezet.
lomperik, dommerik, ee
regio Lier
Gij se meuttekestist! Ge hebt die priezen (pries) scheef tegen de muur gezet.
lomperik, dommerik, een onhandig iemand
Gij se meuttekestist! Ge hebt die priezen (pries) scheef tegen de muur gezet.
kalf
/’m.e t.e/
Hageland: meutteke (altijd verkleinwoord)
ook pejoratief (meutte: lomperik)
Naast de koeien staan er ook veel meuttes in de wei.
kalf
figuurlijk: dommerik, onervaren persoon
/’m.e t.e/
Wat hebt ge nu weer uitgestoken! Meutte dat ge zijt.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.