Vlaams Woordenboek logo

Het Vlaams woordenboek


Index

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Log in

Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

Uw gebruikersnaam
Uw geheime paswoord

  • Log in
  • Wijzigingen door fansy

    uitwijkeling
    (de ~ (m.), ~en)

    1) iemand die naar een andere plaats of streek verhuist
    2) emigrant, iemand die uit Belgiƫ wegtrekt om in een ander land te gaan wonen

    antoniem: inwijkeling
    zie ook uitwijken

    VD online: Belgisch-Nederlands

    1) Mijn dochter is naar Antwerpen gaan wonen bij haar vriend. Ze is dus een uitwijkelinge uit Herentals en een inwijkelinge in Antwerpen.

    2) De dochter van mijn vriendin is als uitwijkelinge officieel naar Tenerife gaan wonen.

    Bondscoach behoudt vertrouwen in uitwijkeling: 1 van de Rode Duivels heeft voor een avontuur bij Montreal Impact (Canada) gekozen en heeft er geen spijt van. (voetbalprimeur.be)

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door fansy op 14 Apr 2015 00:31
    0 reactie(s)

    aangespoelde
    (de ~, (m.), ~n; zelfstandig gebruikt bn.)

    Door de lokale bevolking gezegd van iemand die niet van de streek (of dorp) afkomstig is, maar er toch woont.
    Een beetje een vreemdeling zijn dus, niet alleen van origine maar ook van andere Belgen.

    Vergelijk inwijkeling

    In die nieuwe wijk wonen niets anders dan aangespoelden.

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door fansy op 14 Apr 2015 00:18
    1 reactie(s)

    inwijken
    (ww. week in, ingeweken)

    immigreren (zowel lokaal bv. van gemeente tot gemeente, als internationaal)
    antoniem: uitwijken

    zie ook inwijkeling

    VD95: Belgisch-Nederlands

    In Limburg hebt ge veel Italianen die hier destijds als mijnwerkers ingeweken zijn.

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door fansy op 14 Apr 2015 00:14
    0 reactie(s)

    uitwijken
    (ww. week uit, uitgeweken)

    naar een andere plaats (of land) verhuizen (al den niet tijdelijk)
    antoniem: inwijken

    VD2015 online: Belgisch-Nederlands

    Hij vond het hier maar niks in de zomer en is naar de Spaanse costa’s uitgeweken.

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door fansy op 14 Apr 2015 00:13
    0 reactie(s)

    rotslecht
    (bn.)

    heel slecht

    DS2015 standaardtaal

    NL: bar slecht

    Zijn exaam was rotslecht. Zei hij zelf.

    nieuwsblad.be: Het was slecht, gewoon rotslecht!

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door fansy op 14 Apr 2015 00:10
    0 reactie(s)

    Nieuwe versie!
    Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze GitHub.

    Het Vlaams woordenboek  |  Concept en realisatie door Anthony Liekens

    Creative Commons License

    Het Vlaams Woordenboek by Anthony Liekens is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike 4.0 International License.