Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
Wees welgekomen | Willekeurig | Top woorden | Recent
De onderstaande definities zijn de laatst gewijzigde definities van Vlaamse termen in ons woordenboek.
Deze lijst is ook beschikbaar als RSS Feed
dennenappel
zie ook mastentop
Die kinnekes gaan met de school in de herfst altijd proppe rapen om mee te knutselen.
dennenappel
zie ook mastentop
Die kinnekes gaan met de school in de herfst altijd proppe rapen om mee te knutselen.
kale, kaalkop
zie synoniemen bij kletskop
Dien blotte zijn bovenlijf staat vol met tatoeages.
dennenappel
zie ook mastentop
Die kinnekes gaan met de school in de herfst altijd proppe rapen om mee te knutselen.
dennenappel, proppe
vnw: dennenappel, sparappel
Van Dale 2013 online: gewestelijk
uitspraak in Antwerpen: klik op de luidspreker (of het puzzelstukje) om het woord te beluisteren
Ga eens wat mastentoppen rapen om de stoof aan te steken.
Gooit nog es wa mastentoppen op ’t kampvuur, da knettert goed!
Die dennenbomen lieten mastentoppen vallen, die door de bewoners werden opgeraapt om hun kachel aan te steken. (pnws.be)
“Ooit was er naast de kathedraal zelfs een speciale markt met alleen maar hout, bezems en ‘mastentoppen’ voor in de kachel. " (demorgen.be)
slurpen
vnw:
•slobberen, slurpen
•morsen, kliederen
znwb: Van pers. en dieren: op een hoorbare wijze drinken (of eten, bijv. soep); slobberen, (op)slurpen; – ook: morsen (onder het eten).
Het dier slabberde het aangeboden bier in een mum van tijd leeg. (nieuwsblad.be)
Het dier ging er aan zuigen en slabberde de melk naar binnen (heemkringokegem.be)
Ge hebt het vet van afgebakken spek op uw boterham gesmeerd en blauwe botermelkpap geslabberd. (standaard.be)
Te warm; te uitgeput; te gretig geslabberd aan de cognac; en ook: gesnoept aan spul. (demorgen.be)
Daarin gaat ontbijten aan de keukentafel over in het kauwen van rauwkost in het hiernamaals en het slabberen in het bejaardenhuis, om dan … (standaard.be)
1) pletsen geven; slaan (met de vlakke hand); met een scherpe slag slaan
2) spatten, plonsen, plenzen
vnw
•slaan, een pets geven, een kaakslag geven
•in het water slaan, plonzen, plenzen
•uitgieten, uitstorten
•een plonzend geluid maken, kletteren, gutsen, stortregenen
znwb:
1. (Iem.) met de vlakke hand slaan, een kaakslag geven; ook: in water e.d. slaan, plonzen, plenzen; – soms bep.: (in de handen) klappen.
2. (Een vloeistof) uitgieten, uitstorten, plassen, plenzen, morsen enz.
3. Een ploffend geluid maken: plonzen, ploffen, kletteren enz.
4. Gutsen, neerstorten, inz. van de regen; soms bep.: kabbelen, klotsen. – Ook in onpers. gebr.: het regent dat het pletst.
Groot Woordenboek der Nederlandse taal:
(Zuidn.) 1. slaan: ze pletsten in elkaars hand; 2. uitgieten, uitstorten: ze pletste de melk op de vloer; 3. (onoverg.) plonzen, ploffen 4. (onoverg.) gutsen, neerstorten
vgl. pletsende regen
1)
Toen die opgebonden poot was losgemaakt en het splinternieuw hoefijzer op de vloer pletste, sloegen de vonken er uit. (sincfala.be)
Walter pletste zijn hand tegen zijn voorhoofd, rolde zijn ogen, herpakte zich toen hij merkte dat hij werd gefilmd. (azertyfactor.be)
Ik dacht op het einde dat ze zijn oren ging afbijten (en nog wat pletsen geven..) Voordeel is wel dat ze helemaal “uitgebleit” zijn na zo’n … (kerygma.be)
2)
Marco Vanderpoorten regeert in pletsende regen: “Tweede titel”. (nieuwsblad.be)
Je huid goed reinigen is meer dan wat water in je gezicht pletsen. (nieuwsblad.be)
slurpen
vnw:
•slobberen, slurpen
•morsen, kliederen
znwb: Van pers. en dieren: op een hoorbare wijze drinken (of eten, bijv. soep); slobberen, (op)slurpen; – ook: morsen, knoeien (onder het eten).
Het dier slabberde het aangeboden bier in een mum van tijd leeg. (nieuwsblad.be)
Het dier ging er aan zuigen en slabberde de melk naar binnen (heemkringokegem.be)
Ge hebt het vet van afgebakken spek op uw boterham gesmeerd en blauwe botermelkpap geslabberd. (standaard.be)
Te warm; te uitgeput; te gretig geslabberd aan de cognac; en ook: gesnoept aan spul. (demorgen.be)
Daarin gaat ontbijten aan de keukentafel over in het kauwen van rauwkost in het hiernamaals en het slabberen in het bejaardenhuis, om dan … (standaard.be)
prutser, knoeier
v.: foefelaarster
Woordenboek der Nederlandsche Taal: Blijkbaar verwant met Foef. In Zuid-Nederland.
Foefelaar, knoeier (Cornelissen-Vervliet); Slecht of morsig werk leveren, , morsen.
ook in de Kempen
zie foefelen
Die foefelaar is aan mijn auto aan ’t werken geweest en mijn handrem werkt helemaal niet meer.
> andere betekenis van foefelaar
- niet goed behandelen, verknoeien
- bewerken, hanteren, gebruiken
< verhan(d)svollen – Veel in de handen nemen en alzoo schenden of beschadigen
“Pèren verhandsvollen”. (Cornelissen 1899)
- Rommel zo niet in die mand appelen, je gaat ze helemaal verhansvollen.
- “Nog een werk bij, dat kunnen we niet verhandsvollen!” zei de aannemer.
heen en weer bewegen
Woordenboek der Nederlandsche Taal: frequentatief van wrikken. Inz. in vlaamse bronnen aangetroffen.
Zich heen en weer bewegen van: van personen en zaken
Morsen, frutselen, peuteren
- ook in de Kempen, Lier:
Hij sprong in het schuitje …, stak van kant en wrikkelde rechtstaande, stroomop, Timmermans, Pallieter (1916)
- ook in Oost-Vl.: Treeze Moeiens hondje Zat op heur kloef. ‘t Wrikkelde z’n steertjen En Treeze Moeie loech, in Oostvl. Zanten (19de e.)
zie ook: wrikkelgat, frikkelen, gefrikkel
Zit nu eens stil en hou op met wrikkelen op je stoel.
De kolossale man naast mij leunt tegen mij aan. Ik begin wat ongemakkelijk te wrikkelen maar hij wil van geen wijken weten. Zijn dikke dijen duwen tegen de mijne: (http://www.brusselblogt.be/2008/02)
morser, knoeipot, kliederaar
zie ook: brielen = morsen
Als mijn kinderen schilderen, is het meer brielen dan wat anders. Het zijn twee brielpotten samen.
prutsen, morsen
zie ook prungelaar
“Ik heb ruzie met mijn blog. Ik heb wat zitten prutsen en prungelen en nu kan ik geen kleurtjes meer gebruiken én… ik kan geen foto’s meer opladen.” (http://marleenlefevre.blogspot.com/2010/01)
morsen
zie ook sjoefelaar
Hare man is zo vol van zijn eigen dat hij alles kan, met zijne mond; hij sjoefelt meer dan dat hij iets fatsoenlijk maakt.
goed, zo als het hoort, zie: tegoei
Sjeij toch es oet mèt knoemele, doog ’t es tegooi!
Hou toch eens op met morsen, doe het eens goed!
morsen (bv. onhandig iets proberen in elkaar te steken)
vgl. ook mozen, smossen
zie ook gemoês
uitspraak: moewesen: /muw?s?n/
wa zitte doa na te moêse, ge zè persies de Markus!
Wat zit ge daar te morsen, ge zijt precies de Markus!
(eigenl.) onbeholpen schaatsen; krabbelen, grabbelen, zwoegen
VD BE; informeel, iteratief van krassen
vnw:
•morsen, prutsen
•krabbelen, spartelen
vgl. rechtkrasselen; opkrasselen
Christophe Smeets ziet Torpedo krasselen en toch winnen (TITEL) (HN 29.10.08)
“Even later krasselde de 61-jarige gewoon terug recht, kroop van de sporen het perron op.” (HLN 01.01.09)
iets snel afmaken en daardoor prutsen, afraffelen ….
Mijn moeder is geboren in Graauw (Zeeuws Vlaanderen) en daar wordt het nog gebruikt
Woordenboek der Nederlandsche Taal:
Rijfelen > rijven: In Noord-Nederland thans onbekend.
Afrijfelen: door rijfelen doen naar beneden komen (”Eenen gracht (aarden dam) afrijfelen”, Rutten (1890))
varianten: verrijfelen, doorrijfelen, kapotrijfelen, vaneenrijfelen, wegrijfelen, uitrijfelen: uitrafelen
Een karweitje afrijfelen.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.