Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
Bekijk alle (21) wijzigingen van deze gebruiker.
1. losbol, nietsnut, lichtjes op zijn kop gevallen niet ernstig te nemen persoon
2. kwibus, gek persoon, kwiet, kwiebel, kwieten
soms ook bistenkwiebel
Woordenboek der Nederlandsche Taal (wnt): kwistenbijbel
Uit Westvlaams kwiste `ruzie’ en bijbel (?): (West-Vlaanderen) Ruziezoeker.
Van de Vyvere bekeek hem eens, als wou hij zeggen: ”Hela, kwistenbiebel, braaf zijn, hein! Of anders …” En De Jaegere was braaf, en bij de naamafroeping stemde hij, de eerste van de heele kamer: Jaaa! De West-Vlaming 6 Dec. 1930
1. Zie die kwistenbiebel daar nu eens bezig! Hij is bezig de straat proper te maken met handborstel en vuilblik.
2. Hela kwistenbiebel, ge houdt het schilderij op zijne kop!
plonsbad, kikkerbad
Van Dale online: BE
Het ploeterbad is open van 1 mei tot 15 september op niet schoolmomenten: in het weekend en op feest- en brugdagen van 11 uur tot 19 uur en op woensdagnamiddag van 13 tot 19 uur. Vanaf 15 juni tot eind augustus is het ploeterbad iedere dag open van 11 tot 19 uur. (vlaamsbrabant.be)
De inkom is gratis, dus moeilijk om precieze bezoekersaantallen te kennen. Voor het ploeterbad, waar de bezoekers wel geregistreerd worden, noteerde men 42.000 bezoekers, tegenover 28.000 vorig jaar, een forse stijging van bijna 50 procent. (.persinfo.org)
weg, verdwenen, foetsie, ook ‘ribbedie’
ribbedebie zijn:
- mensen: zich snel uit de voeten maken of gewoon aankondigen dat men weg gaat
- voorwerpen: ze zijn dan spoorloos verdwenen of men vindt ze niet in eerste instantie
< mogelijk uit Bargoens ‘rip’ + “de bie = (de) weg”): zie bie, de ~ jallen. Rip betekende vroeger weg, vertrokken, verdwenen, gevlucht, gestolen.
< volgens J.L. Pauwels zou het een verbastering zijn van het Frans ‘à bride abattue’: met losse teugel
zie ook piepedada, pist, de ~ in zijn
Als je begint over betalen, is hij ribbedebie.
Ben ribbedebie, salodder en tot morgen allemaal.
Mijn sleutels zijn ribbedebie. Waar heb ik die weer gelegd?
Volgende week zijn wij ribbedebie, op vakantie!
organist, orgelspeler, iemand die een orgel bespeelt
Bernard Carlier aan het grootorgel van de collegiale kerk Sainte-Waudru in Bergen (juni 2020)
znwb: Organist, inz. in toep. op iem. die op een kerkorgel speelt; – orgelspeler (op een modern hammondorgel e.d.). Ook orgeliste v., -s en -n.
Typisch Vlaams: Belgisch-Nederlandse Standaardtaal; Gangbaarheid: 4; Vlaamsheid: 7
De restauratie zelf duurde zo’n twee jaar. Orgelist Luc Ponnet is zeer tevreden dat het zover is. (vrt.be)
Het kan goedkoper, zei ik dan altijd, maar dan moet je bijbetalen voor de gitarist en de orgelist en de pianist en dat was ik telkens zelf. (demorgen.be)
Toenmalig directeur Lies Kerkhofs vond dat zonde en contacteerde Luc Ponet, een orgelist uit Tongeren met wereldfaam. (standaard.be)
Bekijk alle (0) reacties van deze gebruiker.
Deze gebruiker heeft nog geen reacties geschreven.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.