Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
klungelaar, lomp en onhandig persoon, ook: onbenullig persoon, boerenkinkel
WNT: klunten, znw. m., mv. -s.
Daarnaast enkele malen klunt. Waarschijnlijk verwant met Klont. Lomp, onbehouwen, harkerig, onbeschaafd of onbenullig manspersoon; boerenkinkel. In Zeel. en W.-Vlaand.; voorheen schijnt het woord ook in Z.-Holl. (en Utrecht?) gebruikt te zijn.
een herenvlinderstrikje
ook neuke
De bruidegom droeg een nondedjuke , een mooi wit hemd en een deftig zwart pak.
iemand van het vrouwelijk geslacht die er qua kleding slordig bijloopt.
Doe iets deftigs aan, ge zijt just een voddezjo
greppel
NL: een gracht zonder water is niet courant
De auto raakte achtereenvolgens een boom en een verkeersbord, en belandde uiteindelijk in de gracht.
knikker; (fig.) teelbal, kloot
zie schiethuif, klits
Met de huiven spelen.
Zijn huiven kletterden door de klas.
Ik stamp u achtereen tegen (of: tussen) uw huiven, als gij niet oppast!
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.