Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
bordeel
zie ook alg. kot
meerv. soms ook: hoerekotes
De baan tussen Mechelen en Leuven staat vol met hoerenkoten.
chaotische situatie, veel drukte en lawaai
ook: zottekeskot
vgl. ook zottekesspel
Wat is dat hier voor een zottekot? En zet die muziek af!
1. kot: hokje Vb: autobuskotje:bushok
2. kot: studentenkamer
3. kot: huis
4. kot: achtergebouw
1. We kunnen schuilen bij regen in het autobuskotje.
2. Onze Fien zit op kot in Leuven, ik mis haar enorm.
3. Ik baal ervan als ik hoor dat het tijd is huiswaarts te keren, men spreekt van: we gaan naar ons kot!
4. De buren beginnen met de afbraak van hun koterijen (achtergebouwtjes).
boer (in het kaartspel)
vgl. ook: koning
De schuppenzot sterft op zijn kot.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.