Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
keukenhulpje om bereide etenswaren fijn(er) te maken. De bodem is een (vervangbaar) plaatje met veel gaatjes. Een ronddraaiende schroef duwt de massa door de gaatjes.
roerzeef
Wat wij in Vl. “passe-vite” noemen is “moulin à légumes” in Frankrijk.
< Passe-Vite=merknaam
zie ook: pasvit, passevite, zijbaar, pasfit
In Frankrijk hebt ge 2 eindprodukten van kweeperen (coings):
de gelée (gelei), gemaakt van het met suiker uitgekookte en uitgelekte sap en de pâte de coing (in repen gesneden en gedroogde vruchtenpasta) die door de passe-vite gehaald wordt.
lenig
In Brecht “da’s ne zwakke”
In het Waasland, uitdrukking :
zo zwak als een zweep
Jongeren hebben toestelturnen op school, het zijn allemaal zwakken.
Jongeren hebben toestelturnen op school, het zijn allemaal zeer flexibele en soepele jongeren.
verrek, verdomme, de pot op!
ww. foerten, ook vorten: oprotten
Foert, ik trap het hier af (aftrappen), dat ze ’t in ’t vervolg zelf doen!
Ze kunnen allemaal foerten! (prov. Antw.)
gene roste sou hebben: niks bijhebben of niks hebben van geld.
Ik kan nu de bakker niet betalen,ik heb gene roste sou bij.
standaardtaal in België? status onduidelijk
iets bij zich hebben, meehebben
In de standaardtaal is het wederkerend voornaamwoord verplicht, in het Vlaams niet.
“Ik heb geen geld bij.”
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.