Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
nootmuskaat, is een noot die gebruikt wordt in de keuken
zie ook: muskaatnoot
Doe maar een beetje nootmuskaat in de aardappelen.
Doe mor e bitje neute van schoat in de petatten (petatjes).
zweertje op het ooglid
zie ook: zwientje
Kust: zwienepuuste
Ik heb een zweertje op mijn oog.
Ken e zwienesteke.
zweertje op het ooglid
zie ook: zwientje
Kust: zwienepuuste
Ik heb een zweertje op mijn oog
Ken e zwienesteke.
een (slaap)kamer, meestal een drietal trappen hoger gelegen dan de woonplaats. Bij ons thuis was de voute boven de kelder gelegen.
zie ook: kellekamer
Slapt gie mor op de voute.
Een gezin.
Vooral langs de Franse grens wordt dit woord gesproken. Uitspraak: ‘menoge’
Hij is met heel zijn menage naar de markt.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.