Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
wordt gebruikt om nadruk te leggen op een scheldnaam, eventueel zonder een scheldnaam uit te spreken
sen als er een mannelijk sujet volgt of bij bepaalde letters(???): gij sen onnozelaar! Gij sen boer! Gij sen debiel! Maar: gij se koppigaard!
Se smeerbos!
Wel gij se ros!
Gij se! Wacht totdat ik ou te pakken krijg!
Gij sen onnozel ventje!
Gij se onnozele!
Gij sen boer!
al zijn bezit opdoen, verkwisten, alles erdoor jagen
De Frank en Sabine waren een paar keer naar een plaatselijk casino geweest en in 3 keer hadden ze allebei hun maandloon erdoor geboerd.
1. een visser die uren en uren kan vissen zonder ooit een vis te vangen.
2. amateurvisser
De Jean lacht met zijn eigen (eigen, zijn ~): ‘ik ben precies ne slijkvisser. Dagen zit ik al aan de vaart zonder dat ik iet uit het water heb gehaald. Zelfs nog gene paling.’
Wordt gezegd als iemand een boer laat en wanneer die persoon zich uit beleefdheid niet verontschuldigd of de persoon in kwestie zegt het als een verontschuldiging.
Boeren na een ferme maaltijd. ‘Geeft die boer ne stoel’ zegt mijne man dan altijd.
zie bij: boer, geeft die ~ een stoel
zie aldaar
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.