Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
- reepjes, strookjes aan kledij, handtassen, zoals bij de indianenstijl
- korte touwtjes aan meubelstoffen, gordijnen, tapijt ed.
zie ook frenneke
In de jaren zestig en zeventig waren jassen en broeken met frennen aan heel populair.
- Korte siertouwkes die aan een tapijt of gordijnen vastzitten.
- Ook aan een jeans, jas, handtas kunnen frennekes hangen; zie indianenstijl: indianenjeans enz.
Kom, kind, hou u wat bezig, hier is nen borstel en kamt de frennekes van de tapijt.
ruche
zie ook flodder
maakt deel uit van de verzamelde stof die een decoratieve rand vormt op alle soorten kleding – vooral rokken en jurken – en soms ook op meubels en gordijnen. Ruche is soms van kant of andere dunne materiaal.
< Fr. volant: vliegend
Volangen op korte mouwen worden vleugels genoemd.
Gegolfde decoratieve ruches op damesondergoed en -nachtkledij zijn frivole volangskes.
Mijn bedsprei heeft aan 2 kanten volangen die neffen het bed hangen.
- Een meisje dat graag en veel komt flodderen, knuffelen, flemen
- Een koosnaam voor een aanhankelijk klein meisje: dim: flodderke
zie ook: floddermie, floddergat
WNT: flodder > flodderen
Vleier, vleister, fleemster. Gewestelijk in Z.-Ndl. (corn.-vervl.).
Ons Nele is een flodder. Ze is op de schoot van ons oma niet weg te krijgen.
Kom eens hier mijn klein flodderke, kom eens bij ons oma zitten.
Een meisje (of jongen) dat graag en veel komt flodderen, knuffelen, op schoot zitten
syn. voor meisjes: floddermie, floddermedam, flodderkous, flodder
syn. voor jongens en meisjes: flodderèr (flodderaar), floddermachien, flodderjoenk, flodderjo
Ons joengste dochter is een echt floddergat.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.