Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
schoen
ook handschoe wordt zo gebruikt
meestal in het mv. in gebruik
uitspraak sch: sg en sj
zie ook schoelint
MNW: Schoe: oorsprong skuo > scoe > schoe: schoen is het mv. van schoe, en vgl. hantschoe. De oorspronkelijke vorm schoe is tot in de 17de en 18de eeuw naast schoen blijven bestaan. Zoo nog heden in Zuidndl.; (De Bo 998) ook tal van samenstellingen ald.
VMNW: scoe: vroegste attestatie in Z.-Nl.: Limburg 1240
WNT: Schoen: Mnl. scoen. De voor het enkelv. in gebruik gekomen meerv. vorm van schoe (gewestelijk nog in gebruik)
ook in West-Vlaanderen
Nog rap mijn schoes aandoen en we zijn weg!
Shoe, hebt gij mijn schoes gezien?
Een houwtouw, een badgedrager, een nekriempje
dialect Gent: brolkuurde
Ziet hem daar lopen, wat heeft den diene allemaal aan zijn brolkoord hangen? Het is precies of hij zijn zakken heeft leeggemaakt en het allemaal rond zijne nek heeft hangen.
zorg, medische hulp
zie ook intensieve zorgen
> Fr. soins (médicaux): (medische) verzorging
vrttaal mail meldt: Zorgen behoort volgens Taaladvies.net tot de standaardtaal in België. In het algemeen Nederlands is het enkelvoud zorg gebruikelijk.
DS2015 standaardtaal
VD online: zorg > mv. zorgen: Belgisch-Nederlands, in ’t meervoud
synoniem: verpleging
De dokter kwam ter plekke en heeft de eerste zorgen toegediend vooraleer het slachtoffer naar het ziekenhuis overgebracht werd.
“Waar eindigen palliatieve zorgen en begint euthanasie? (standaardtaal in België)” Taaladvies.net
holle beitel, slagguts of dopbeitel
WNT: putten: gereedschap in de klompenmakerij.
Een stuk hout uithollen met een hollen beitel, zoodat een klomp ontstaat. In Z.-Nederl.
Putten (in de blokmakerij). De bewerking wordt verricht met de goezie, Volk en Taal 7, 20 (1894).
Putten, Met de goes bewerken (bij blokmakers), corn.-vervl.
Om de eerste aanzet voor een passende holte te maken gebruikt de blokmaker een goezie.
holle beitel, slagguts of dopbeitel
WNT: putten: gereedschap in de klompenmakerij.
Een stuk hout uithollen met een hollen beitel, zoodat een klomp ontstaat. In Z.-Nederl.
Putten (in de blokmakerij). De bewerking wordt verricht met de goezie, Volk en Taal 7, 20 (1894).
Putten, Met de goes bewerken (bij blokmakers), corn.-vervl.
Om de eerste aanzet voor een passende holte te maken gebruikt de blokmaker een goezie.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.