Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
Voor mij is onverstoord toch niet helemaal hetzelfde als onverstoorbaar.
Onverstoord is eigenlijk meer ongestoord = niet gestoord door iets.
Onverstoorbaar = kan niet verstoord worden, of laat zich niet verstoren.
Van die andere bronnen heb ik geen voorbeelden gevonden in de betekenis die Van Dale hanteert.
1) ingraven
Volgens het WNT (bij pitten) is het dit:
2. Van aardappels, rapen enz. In een kuil doen, onder de aarde bedelven, kuilen; om ze te bewaren. Ook: ze ophoopen en met stroo en klei bedekken.
Zou je die aerepels maar niet pitte? opprel 77 b.
Dus meer in een kuil bewaren dan iets planten. Wordt het woord gebruikt in de Kempen voor planten?
Dat bedoel ik ook:
voor elke pit = voor elke put. Put (in dit geval aardhoop) is toch een zn.
De definitie en de voorbeeldzin staan trouwens in het WNT bij het zn. pit en niet bij het ww. pitten.
En tussen haakjes, ik denk dat we beter woorden toevoegen die we zelf goed kennen of tenminste ooit gehoord hebben.
Wij zitten nu te zeveren over een voor ons onbekend woord.
Misschien kennen zelfs de West-Vlamingen het woord niet meer.
Het is toch niet de bedoeling hier heel het WNT over te schrijven met oude woorden die geen aansluiting meer hebben met onze spreektaal.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.