Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
speeksel, speek, tuf, als placebo
Kom maar eens hier, ik zal er wat moederkeszalf aan smeren. Dan gaat het het vlugst over.
huilbui al of niet geveinsd.
Toen mijn dochter haar zinnetje niet kreeg,was ’t bleitsoepe de hele namiddag.
huilbui al of niet geveinsd.
Toen mijn dochter haar zinnetje niet kreeg,was ’t bleitsoepe de hele namiddag.
→ den – onstaat door assimilatie voor een b, of misschien een p
mannelijk bepaald lidwoord
Afkomstig van de accusatief in het oude naamvallenstelsel, dat er zo uitzag voor het mannelijk bepaald lidwoord:
1. nominatief de
2. genitief des
3. datief den
4. accusatief den
Voorbeelden, dus:
den sterken koning
den groten boom
den roden vis
Voordat het AN als standaardtaal werd geïmporteerd, pleitten sommige Vlaamse grammatici ervoor “nen” en “den” als mannelijke lidwoorden in te voeren in de ortografie ook in de nominatief – Zoals hierboven voorbeelden voor gegeven werden. De neiging om accusatieven te gebruiken in stede van nominatieven noemt “accusativisme”.
De mettertijd steeds toegenomen assimilatie verklaart waarom “de” weer ook gebruikt wordt bij mannelijke naamwoorden. Voor details over die assimilatie, zie: nen.
Den blijen man heeft een schoon’ vrouw.
→ Den blije man heeft een schoon vrouw.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.