Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
beroerte, een geraaktheid
een aanval in de hersenen, in het hart, op de zenuwen
Van Dale: attaque, de; -s
< Frans: vijandelijke aanval (1646)
2. aanval van een ziekte: (verouderd) een attaque van een beroerte
zie ook verzamellemma geneeskunde
Hij heeft een hartattak gehad.
Als mijn moeder dit te weten komt krijgt ze een attak.
Ze hebben hem naar ’t gasthuis gedaan, maar tegen dat em daar was was het over. De dokters zeiden dat het waarschijnlijk een attakske geweest was.
Hij kreeg wijd nen attak van ’t verschieten.
Hij kreeg een attak op de zenuwen en nu is hij langs een kant gedeeltelijk verlamd.
ik, hij, zij, het, gij.
taaladvies: Vooral in België wordt men ook weleens gebruikt in zinnen als Men vraagt personeel (in plaats van Personeel gevraagd). Dat gebruik is geen standaardtaal.
Men zegt niks, maar men doet dat wel goed hè!
auto, automobiel
zie ook wegcode
Gon we te voet of me den otto?
wip, speeltuig waarop twee personen afwisselend op en neer wippen
Mama en papa gingen mee op de wipplank zitten.
> andere betekenissen van wipplank
gebakje
Klik op de afbeelding
Verschillende pateekes
wnt: 3. In Zuid-Nederland, in navolging van het Frans Gebakje, taartje, pasteitje.
vnw: gebakje
Van Dale 2017: pateeke
1. BE; spreektaal gebakje, taartje
We hadden lekkere pateekes voor bij de koffie.
> andere betekenis van pateeke
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.