ww. plooide, geplooid
vouwen, opvouwen
< Frans: plier
vnw: in België ook:
•(op)vouwen van papier of kleren
Van Dale 2013 online: Belgisch-Nederlands, niet algemeen
vgl. openplooien; opplooien; plooi
Op basis van de suggestie ingestuurd door Vlaams woordenboek
ww. plooide, heeft geplooid
buigen
vnw: in België ook:
• doorbuigen onder een zwaar gewicht
• ledematen of voorwerpen buigen, de armen kruisen
Van Dale 2013 online: Belgisch-Nederlands
Op basis van de suggestie ingestuurd door Vlaams woordenboek
ww. plooide, geplooid
toegeven, zwichten
vnw: in België ook:
•zwichten, toegeven, gehoorzamen
-plooien of breken: buigen of barsten
Van Dale 2013 online: Belgisch-Nederlands, niet algemeen
opm: zich plooien,...
Op basis van de suggestie ingestuurd door Vlaams woordenboek
ww. plooide, heeft geplooid
Een feestje (vroegtijdig) verlaten, meestal om te gaan slapen. Iemand die plooit is een plooier.
in Antw.: opplooien
Op basis van de suggestie ingestuurd door Vlaams woordenboek
ww. plooide, geplooid
verkreuken, kreuken
vooral vdw. geplooid zijn: gekreukt zijn
Van Dale 2015 online: Belgisch-Nederlands, niet algemeen
Op basis van de suggestie ingestuurd door Vlaams woordenboek
Helpende handen gezocht!!
Goesting om een handje toe te steken bij het Vlaams woordenboek? We zijn op zoek naar taalgevoelige vrijwilligers die de inhoud van deze site mee naar een hoger niveau willen tillen.